Een compliment gekregen – fijn toch … of toch niet helemaal?
Heb je ooit een compliment gekregen waarvan je niet precies wist waar je het aan te danken hebt? Voelde je je daardoor juist een beetje verward, of zelfs geïrriteerd? Een compliment die i.p.v. vreugde, een onzekerheid creëerde, en/of je met een grote vraagteken achterliet? Je zou eigenlijk graag willen weten waar het echt over ging…
Neem een compliment: “ik ben trots op je”. Hierdoor al kan ik zo in verwarring raken. Want wat bij me meteen daarna opkomt is: waarom, hoe bedoel je? Deze uitlating, hoewel goed bedoelt, voelt eigenlijk nep en te kort door de bocht.
Wat is er mis ermee? Hoe zou je een waardevol compliment kunnen geven die een ander “de vleugels geeft”, een warm gevoel en/of stemt hem positief en tegelijkertijd ook jou een voldoening geeft?
Marshall Rosenberg, de grondlegger van GC (Geweldloze communicatie) leer ons hoe een compliment in een duidelijke taal te geven, zodat zowel de ontvanger als de gever een oprechte waardering en/of voldaan gevoel aan overhouden.
Volgens Rosenberg de enige bedoeling van het geven van een waardering is ’’om te vieren hoe ons leven door anderen verrijkt is”.
Daarom zou een compliment het volgende moeten bevatten:
- ’’De acties die hebben bijgedragen aan ons welzijn
- De specifieke behoeften van ons die zijn vervuld
- De positieve gevoelens die worden opgewekt door de vervulling van die behoeften”
Rosenberg zegt immers:
“Lof en complimenten beschouw ik als leven vervreemdend. … Een waardering die op deze manier wordt uitgedrukt, weinig onthult van wat er in de spreker omgaat; het maakt de spreker tot iemand die oordeelt. Ik definieer zowel positieve als negatieve oordelen als leven vervreemdend communicatie.”
Met andere woorden is het beter om duidelijk aan te geven waar het compliment inhoudelijk over gaat.
I.p.v. “ik ben trots op je” zou je kunnen zeggen…
Ik ben trots op je met het behalen van jouw diploma, omdat ik zag hoe je ernaar toe hebt gewerkt om het te halen, terwijl je fulltime werkte, hoe je de planning van je vakantiedagen hebt aangepast zodat je aan je classicale bijeenkomsten deel kon nemen, hoe je je focus hield ondanks de uitdaging van jouw fulltime baan en je toewijding om het huiswerk telkens op tijd af te hebben.